Bezettingsuitgiften WO II

1939–1945 Bezettingsuitgiften Tweede Wereldoorlog

De Tweede Wereldoorlog hing eind jaren dertig al een tijd in de lucht. De Anschluss van Oostenrijk en de opname van het Sudetenland in het Duitse Rijk waren toen al een feit. Ze brak echter in september 1939 officieel uit na de door Duitsland geënsceneerde aanval van Poolse soldaten op de radiozender in Gleiwitz. Als eerste werden de in 1919 verloren landsdelen heroverd en weer Duits (Danzig, Posen, West-Preussen en Memelland). De Duitse oorlogsmachine veroverde, met steun en vaak ook de deelname van de andere As-mogendheden Italië, Hongarije, Roemenië, Bulgarije en Finland, nagenoeg heel Europa. De grootste gebiedsuitbreiding door Duitsland wordt bereikt eind 1942.

De slag om El Alamein in Afrika november 1942 en de slag om Stalingrad in de Sovjet-Unie januari 1943 worden beide door Duitsland verloren. Het keerpunt is bereikt. Dan volgen de geallieerde invasies op Sicilië in 1943 en in Normandië in 1944. In het oosten rukt het Rode Leger op. Binnen het jaar is nagenoeg heel Duitsland veroverd en volgt de onvoorwaardelijke capitulatie.

In veel bezette gebieden bleven de eigen posterijen zegels uitgeven, zoals in Noorwegen, Denemarken, Nederland, België, Vichy-Frankrijk en Griekenland, hoewel duidelijk was dat de Duitse bezetter controle had over het uitgiftebeleid. Soms zijn er speciale bezettingsuitgiften voorbereid, maar niet in gebruik genomen, bijvoorbeeld voor Nederland. Ook zijn er particuliere zegels uitgegeven, die echter geen postale functie hadden, zoals de legioenzegels van België, Brac (Joegoslavië), Denemarken, Frankrijk. Ook worden hiertoe vaak de zegels van het zogenaamde “Nationales Indien” gerekend, hoewel dit geen Duitse bezettingsuitgiften zijn, maar in Duitsland gedrukte zegels ten behoeve van de onafhankelijkheidsbeweging van Subhas Chandra Bose in Brits Indië.

In een aantal landen en gebieden zijn daarentegen zegels uitgegeven, die tot de bezettingsuitgiften gerekend moeten worden, te weten: het protektoraat Bohemen & Moravië (Tsjechië), Generaalgouvernement (Polen), Sudetenland, Albanie, Elzas, Estland, bezet Frankrijk, Kanaaleilanden, Kotor, Kurland, Provinz Laibach (Ljubljana), Letland, Litouwen, Lotharingen, Luxemburg, Macedonië, Montenegro, Oekraïne, Ostland, Rusland, Servië, Zante en Zara. Sommige mensen rekenen hiertoe ook de uitgiften van de vazalstaten Kroatië en Slowakije en van Rhodos onder Duits-Italiaans bestuur.
In sommige bezette gebieden, vooral in het oosten, moest vaak ook nog een tijdlang worden gewerkt met provisorische uitgiften, meestal plaatselijke zegels voorzien van een speciale (handstempel)opdruk. Met name hieronder bevinden zich, vanwege de geringe oplage en de korte geldigheidsperiode, veel kostbare zegels. Om diezelfde reden zijn (poststukken met) deze zegels ook veelvuldig vervalst.